Zijn straatarme jeugd in Antwerpen heeft volgens Stan Lauryssens (1946) zijn karakter danig gevormd. Om de grauwe werkelijkheid te ontvluchten werd hij een dromer. Iemand die zichzelf een betere werkelijkheid droomt. Het enige zoete dat hij zich levendig kan herinneren waren de brokstukken van koekjes die zijn moeder, die in een koekfabriek werkte, dagelijks mee naar huis nam. Hij ging al op jonge leeftijd in een kaasfabriek werken waar hij gaten in kazen boorde om de beroemde Emmentaler haar authentieke karakter te geven. Naast zijn fabrieksarbeid stortte de jonge Stan zich op het kunstenaarschap. Hij werd dichter. Een inkomenloze status, maar wel vaak goed voor een gratis borrel in het stamcafé. Toch zou zijn ongekanaliseerde schrijverschap hem een flinke stap op weg brengen naar een glanzende carrière. Toen Piet Teigeler, Redacteur van de Nieuwe Gazet, iemand nodig had die hem in de avonduren kon vervangen, attendeerde de waardin van het stamcafé Piet op de huisschrijver van de kroeg, de jonge Stan. Het werd de eerste baan waarin Stan betaald kreeg voor zijn schrijven.
|
Inmiddels hebben Lauryssen’s Hollywood-verhalen flink de aandacht getrokken. Met name een volstrekt onzinnig verhaal waarin Lauryssens uit de doeken doet dat Walt Disney en Salvador Dali samen een surrealistische porno-tekenfilm op de markt zullen brengen. Ten grondslag aan dit onzinverhaal lag het feit dat Disney en Dali elkaar ooit ontmoet hadden (voor de tekenfilm Fantasia) en het gerucht dat Disney een enorme collectie pornofilms zou bezitten.
Het verhaal was niet echt geschikt voor mensen die de waarheid hoog in het vaandel dragen, maar het verhaal bracht Stan wel geluk. Een steenrijke en louche zakenman nodigde de jonge verslaggever Stan uit om voor hem te komen werken. Aanleiding was het feit dat de man dacht dat Stan Dali kende, omdat hij hem geïnterviewd zou hebben. Lauryssens liet de man in de waan. De man verzocht Stan om hem te helpen bij het verkopen van stukken grond in Amerika en het verkopen van kunstwerken. De hele onderneming was op drijfzand gebouwd. De stukken grond bestonden niet en de schilderijen, onder andere die van Dali, waren vals.
Lauryssens bleek echter een rasverkoper die nu en dan met bekende zangers naar zijn potentiële klanten ging en hen met groot gemak grote sommen geld uit de zakken praatte.
Hij reisde regelmatig naar Spanje om nieuwe schilderijen van Dali op te halen en om er zijn broodzakken vol met pas verdiend geld keurig in kluisjes te deponeren.
|
In Port Lligal woonde Stan op een steenworp afstand van Salvador Dali, de grootmeester van wie hij zoveel schilderijen had verkocht, dat hij zich een bemiddeld man mocht noemen.
Eenmaal ging hij met zijn vriendin bij zijn buurman Dali op bezoek. Volgens Lauryssens een ontluisterende ontmoeting omdat Dali aan de ziekte van Parkinson leed en dementeerde. En hulpeloze oude man die bevend in een rolstoel zat en door zijn huishoudster werd voortgeduwd.
In Spanje leerde Lauryssens ook de ware toedracht kennen van de vele valse Dali’s die hij ooit had verkocht. Hij werd meegenomen naar een kunstfabriek waar een groot aantal medewerkers dagelijks nieuwe Dali’s fabriceerde. Men knipte onderdelen van oude Dali schilderijen uit kunstboeken, projecteerde de onderdelen op canvas en schilderde ze opnieuw in, daarbij de diverse onderdelen opnieuw rangschikkend. Om het eindresultaat 100% authentiek te laten lijken, ging men met de gloednieuw geproduceerde schilderijen naar de oude, demente Dali. Men drukte de bevende man de schilderijen in handen en maakte er een polaroid foto van om de echtheid aan te tonen.
Lauryssens gebruikte deze ervaringen om het boek Dali & ik te schrijven, dat in meerdere talen werd vertaald.
|